USA road trip – San Diego – Los Angeles (3) …

Wie L.A. zegt heeft het in een moeite door ook over Hollywood. We konden een uitje naar Hollywood Blvd. dus ook niet rechts, noch links laten liggen. Maar wat een sof! Het is er eerder een vuile boel en uiteraard een gigantische ‘tourist trap’. Eerlijkheidshalve moet ik toegeven dat we gewaarschuwd waren. Maar mijn brein bleef maar doorgaan en emmeren van ‘dat moet ge gezien hebben!’. Nu ja, been there, done that, did not even bother to buy the T-shirt.

Aangezien de avond begon te vallen had ik het lumineuze idee om Mulholland Hwy op te rijden en naar de zonsondergang te gaan kijken aan het bekende Hollywood Sign. Ha! Zo’n 20.000 anderen hadden hetzelfde idee. Pittig detail, er is geen veilige plaats om rechtsomkeer te maken. We moesten dus door de zure appel bijten naar boven toe. Anderhalf uur file mijnheer. Eenmaal daar werden we door overijverige ambtenaren van de wet terug naar beneden gestuurd wegens geen parking voorhanden. Anderhalf uur file mevrouw. Licht geagiteerd heb ik dan maar de gps ingesteld op het adres van ons hotel. Om zo om 10 uur ’s nachts terug in de file te rijden op de autoweg. Meer dan een uur. Snik … L.A. zuigt als het op mobiliteit aan komt.

Het bruggetje? L.A. is druk. Héél druk en je hoort constant de sirenes van de politie …

C.U. Modder Fokkers!

Tjerri

USA road trip – San Diego – Los Angeles (2) …

Van de ene beach naar de andere want de ene bitch is de andere niet. Een beetje gangsta praat doet het altijd. Van Redondo Beach over Hermosa naar de meest iconische, en dan heb ik het over Muscle Beach, aka Santa Monica Beach. Weinig weten het maar de pier aan Santa Monica is eveneens het eindpunt van Route 66.

Over Muscle Beach en de pier van Santa Monica bestaan veel verhalen. Ik vermoed dat ze allemaal waar zijn. Van de joggende en skatende Californische schoonheden tot de ijzer pompende hulken op het strand. Ik viel zelfs voor een keer niet uit de toon met mijn ontbloot, afgetraind en gebronsd lichaam. Zoiets is wennen als je goedkeurende knikjes en knipoogjes gewend bent aan het strand. Aan de andere kant valt er dan weer een hoop stress van je af omdat je niet steeds moet omkijken als ze naar je fluiten …

Dat Santa Monica een zeer hoog m’as-tu-vu gehalte heeft, daar bestaat überhaupt geen twijfel over. Zien en gezien worden is het credo van de gemiddelde Santa Monica burger. En voor dat laatste woord staat er expliciet geen ‘ham’ voor. Nee mijnheer, mevrouw, Santa Monica staat voor gezond eten. En duur. Maar dat laat zich raden gezien de setting. Desalniettemin kan uw touroperator van dienst deze locatie 5 duimpjes omhoog geven. De 5 middenvingers omhoog gaf ik al met een gulle glimlach aan die ene klojo in het verkeer. Ja jij motherf@&$%r!

Klik voor één keer eerst onderstaande clip aan, draai het volume op 10 en bekijk dan de foto’s. Maximaal effect gegarandeerd!

Het bruggetje? Met al die L.A. vrouwen …

Tsjauw!

Tjerri

USA road trip – San Diego – Los Angeles (1) …

Van ontbijten hebben ze verstand in San Diego. Toch in Pacific Beach. Nog effe uitwaaien op de Crystal Pier en dan de wagen in, op naar de stad van de engelen. Los Angeles voor de slomeriken onder ons. Dat L.A. groot is hoeft geen betoog. Maar dat het zo groot is, daar was ik niet op voorbereid. Het aanrijden bezorgde me klamme handjes ondanks de airco in de wagen. Eén groot kluwen van op- en afritten jagen liters adrenaline door je aderen. Je komt ogen tekort. Logistieke waanzin.

Na veilig te zijn aanbeland aan ons hotel in ‘da hood’ gingen we gelijk op zoek naar verkoeling aan de oceaan. Vanaf ons plekje in Torrance – La Terrazza, want in dat district logeerden we, in amper 10 minuutjes linea recta naar de kust met de wagen. Lekker de beachcomber uithangen aan Redondo Beach en Hermosa Beach, homeground van de groep ‘Pennywise’, een van mijn favoriete bands. Zalige plek om te vertoeven, compleet weg van de drukte van Los Angeles. ’s Avonds stukje gaan eten, beetje rondlummelen, wat moet een mens meer hebben? Als ik eerlijk ben: geld. De City of Angels is niet bepaald goedkoop te noemen.

Nog even over de Fuji. Het blijft worstelen en priegelen met de (te) kleine knopjes. Over de beeldkwaliteit ben ik best tevreden. De lens doet het ook niet slecht. De combinatie levert wel degelijk kwaliteit af en is best een aanwinst te noemen om op vakantie te gaan. De eindkwaliteit blijft natuurlijk achter als je gaat vergelijken met professionele dslr’s maar je rug is je op het eind van de dag dankbaar. Wat me het meest opvalt is de ‘stretch’ van het dynamisch bereik. Foto’s waarvan je denkt dat ze rijp zijn voor de virtuele vuilbak kan je mits wat handigheid en kennis nog redden in post processing.

Het bruggetje? Niet alleen Pennywise komt uit L.A. Ook een andere favoriete band van mij …

Baai, baai, koeievlaai!

Tjerri

 

USA road trip – Phoenix – San Diego …

Na de tegenvaller de avond ervoor in Scottsdale (dè hippe wijk van Phoenix), probeerde ik alsnog de situatie om te buigen tot een succes. Uitchecken en op naar de botanische tuinen. Noppes, wegens te vroeg. Dan maar ‘Hole in the Rock’ gaan bezoeken. ‘Alweer?’ hoor ik je mompelen? Tja, bij gebrek aan beter grijp ik terug naar de oude en gekende recepten. Het valt trouwens op dat er ginder veel gaten zitten in hun rotsen. Iedere stad of dorp dat zichzelf respecteert moet zo’n rots hebben. Met het obligate gat erin uiteraard. Desnoods hanteren ze zelf de beitel en hakken de stadsdiensten naarstig een weg doorheen de rots. Its a dirty job but someone has to do it. Het gat in de rots bleek uiteindelijk ook een sof te zijn wegens belachelijk klein en in een verloederde buurt. De dierentuin dan maar? Na het zien van 6 rollende ogen naast en achter mij gooide ik de handdoek en zette koers naar San Diego Ca. Iedereen snakte naar de oceaan na goed 3 weken woestijn en bergen.

Wie dacht dat we de verschroeiende temperaturen in een verzengende woestijn achter ons konden laten kwam bedrogen uit. Tijdens de rit naar San Diego belandden we via de Route 10 op de National 78 uit die Blythe verbindt met Brawley, richting Mexicali. Je zou het niet vermoeden maar dat ligt in Mexico. Doch dit terzijde. Halfweg National 78 zaten we plots midden in de woestijn. Enkel zand te zien. Amper een takje. Helemaal omgeven door duinen van witgeel zand, enkel verbonden met de geciviliseerde wereld door middel van een zinderende zwarte geasfalteerde navelstreng. En oh ja, de moordende buitentemperatuur ontbrak ook deze keer niet op het appel. Tijdens een sanitaire stop verloor Mrs. Z. een slipper in het zand en verbrandde ze zo op een hilarische manier haar voetzool. Een mens mag al eens lachen. Zelfs al is het met een aangebrande mop. Of voetzool zo u wil.

Maar goed, San Diego dus. Eenmaal aangekomen mochten we ons vergapen aan de real thing. Surfend Amerika. Het hotelletje waar we zaten was haast perfect gelegen aan de oceaan maar blonk uit in vunzigheid. Je kan niet alles hebben. Aangezien het maar één overnachting betrof, kon een avondlijke wandeling langsheen dit surfersparadijs het ongemak met de mantel der liefde bedekken.

Het bruggetje? Mijn vrouwelijk grut stond te trillen van opwinding bij het aanschouwen van het surfend zootje ongeregeld dus …

Hang loose!

Tjerri

USA road trip – Sedona – Phoenix …

Na ons hachelijk spin avontuur van de avond ervoor kozen we voor een rustige dag in Sedona. Je weet wel, beetje shoppen, beetje kuieren, beetje, nou ja, van alles. No stress. Effe rustig aan alvorens naar Phoenix te rijden.

Sedona bevindt zich in een vallei en de omgeving kenmerkt zich door oranje- en roodgekleurde zandsteen. We besloten via een ommetje naar het centrum te rijden en halt te houden bij, je raadt het nooit, Bell Rock. Eens kijken of spiderman er nog vertoefde. Eveneens een uitgelezen kans om een paar foto’s te nemen van de grillig gevormde rotsformaties. Op de parking aan Bell Rock schrok ik me deze keer lam omdat er een ratelslang in het struikgewas zat. Hup, weg sfeer …

Het centrum van Sedona is voor de shoppende medemens het Walhalla. Lekker rondzwerven in het Tlaquepaque commercieel centrum durf ik iedereen aanraden. Opgetrokken in Spaanse koloniestijl is het enkel voor voetgangers toegankelijk. Wel opletten voor de geldbuidel! Sedona is immers een dure plek en geliefd bij de betere Amerikaanse staatsburger. Je merkt het ook aan de optrekjes die er bovengemiddeld groot zijn. Een poging om onze ontdekkingstocht uit te breiden buiten het stadscentrum, mits een stevige wandeling, werd prematuur afgebroken. Veel te warm. Puffen, zweten, winkel in, en weer uit, is echt niet vol te houden. Zelfs mijn drie vrouwen moesten capituleren en met de witte vlag terugkeren naar de wagen. Te biechten dan maar. Het laatste wapenfeit in Sedona was een bezoek aan de Chapel of the Holy Cross. Een architecturaal pareltje! Gefundenes Fressen voor een fotograaf die graag gebouwen fotografeert. Na te hebben gebiecht, de auto in en op naar Phoenix. What’s in a name. Nix … Geen bal te zien. Het oude stadsgedeelte? Alles dicht mijnheer. Geen man overboord. We sliepen in een Rock-‘n-Roll hotel met prima zwembad. Baantjes trekken, met mijn madame cocktails sippen aan de bar en dan onder zeil. Amen …

Het bruggetje? Take me to church …

Tsjauw!

Tjerri

USA road trip – Grand Canyon – Sedona …

Na een eerder rustige nacht hoopte ik en mijn stam op hetzelfde elan het ontbijt te kunnen nuttigen. Helaas speculaas. Stel je een universiteitsrestaurant voor tijdens een ontgroeningsfeest maar dan met Amerikanen. Je komt aardig in de buurt. Opgetrokken uit teflon en beton ben ik niet gauw uit het lood te slaan. Glimlachen en wuiven naar het publiek. Op verkenning in de Grand Canyon dan maar. De busrit naar Hermit’s Rest, eveneens het verste punt op het parcours, liet het beste vermoeden. Het weer daarentegen … Met één oog op het prachtige landschap en het andere op het aanzwellende wolkendek had ik er geen goed – euh – oog in. We waren maar net aangekomen aan Hopi Point toen de wind begon aan te trekken en de eerste bliksemschichten de Canyon deden oplichten. Een paar spatjes regen werden vette dikke druppels die al gauw overgingen in hagel. Ondertussen geselde de wind tientallen toeristen die net zoals wij achter en onder bomen gingen schuilen. Ik koos voor mij en mijn vrouwelijk triumviraat een laag exemplaar, met links en rechts van ons op zo’n 5 meter, twee ijzeren palen. Mocht de bliksem dichtbij inslaan weet je wel. Bussen met nerveuze parkwachters kwamen ondertussen aangereden en toeterden ‘Compulsary Storm Evacuation’ tegen iedereen die het al dan niet wou horen. Een verplichte algemene evacuatie van de hele South Rim ten gevolge van een ongemeen hevig onweer. Leuk, maar ons leek de initiële stampede richting bussen levensgevaarlijk en we opteerden om te wachten op de volgende bussen. Minuten lijken uren te duren als je enkel gehuld in een T-shirt gezandstraald wordt door hagel en ijskoude regen. Na een half uur afzien zaten we dan toch op een bus, nat en onderkoeld, als natte honden tussen andere onthutste toeristenhonden, niet goed begrijpend naar mekaar te staren en op weg naar ‘The Village’. Hup, weg sfeer …

Hierna was het zaak om zo snel als mogelijk op te drogen en proberen te genieten van de Grand Canyon. Haast een onmogelijke taak maar we hebben ons best gedaan. We hebben er zelfs nog een trailwandeling achteraan gegooid. Go Flemish Troopers!

Moe en wat teleurgesteld vielen we in de wagen en zetten we koers naar Sedona, een hip stadje gelegen in Red Rock Country. Daar aangekomen ging de jeugd languit in hun hotelkamer en nam ik Mrs. C. nog even mee naar Bell Rock, een lokale bezienswaardigheid. Toen we daar aankwamen en wilden parkeren, versperde er een man wild zwaaiend de doorgang tot de parking. Nadat ik de wagen op een andere plek had neergezet, ging ik kijken naar wat hij stond te wijzen. Wat de neuk! Vrij vertaald ‘What The Fuck!’ Er zat zowaar een knoert van een behaarde Tarantula in het midden van de weg en de man maakte duidelijk dat er niet aan het ‘beestje’ geraakt kon worden. Achteraf kon ik via het www achterhalen dat deze spinnen helemaal niet gevaarlijk zijn en dat ze in Arizona, en zeker in Red Rock Country, een speciale status bekleden. Voor ons simpele Vlamingen is zo’n close encounter met dit spinnetje best wel intimiderend. Zo groot! En lelijk! Nu ja, ze zijn dus ongevaarlijk en worden daar gehouden als huisdier. Ieder zijn meug.

Het bruggetje? Thunderstruck!

Cheers mate!

Tjerri

USA road trip – Moab – Grand Canyon …

Another day, another trip down the road. Vroeg uit de veren, en met een – goor – ontbijt achter de kiezen de auto in. Een slordige 200 m verder stonden we al aan de kant om er een bakje fruit te kopen aan het kraam van een hyperkinetische verkoopster. Iedereen wil iets voedzaams naar binnen werken om aan te sterken na het chemische spul uit het hotel. Vandaag gaat het immers richting Grand Canyon en we kijken tegen een tripje van 550 km aan. Dwars doorheen Navajo gebied mijnheer. Getooid met onze zondagse pluimen en beschilderd met alle kleuren van de oorlogsregenboog klom mijn stam in ons stalen ros en karren maar.

Wat ons het meest is opgevallen en bijgebleven, is de rauwe armoede waarin de indianen – nog steeds – leven. We reden doorheen verschillende reservaten en zagen hoe de schoolgaande jeugd door een schoolbus werden afgezet op een stoffige afgelegen ruige plek. De kinderen moesten dan te voet nog honderden meters stappen in moordende temperaturen, doorheen de woestijn, tot bij een of andere onderkomen stacaravan. Ik waande me bij momenten in een filmdecor van David Lynch. Maar laten we het vooral leuk houden.

De aanloop naar de Grand Canyon is best wel impressionant te noemen. Om verwarring te vermijden wil ik er bij vertellen dat we kozen voor de ‘South Rim’ ofwel de aanloop via Tuba City – niet te verwarren met het lokale ensemble koperblazers – en Cameron. Ondergetekende had last minute nog een hut kunnen versieren in de Grand Canyon Village en daar was ons gezelschap niet echt rouwig om. Kan je niet logeren in ‘The Village’, dan ben je verplicht te overnachten in Cameron of Tusayan en dat scheelt in tijd dat je in het Nationaal Park kan doorbrengen. Voor de prijs moet je het niet doen. Voor de omgeving wèl. Je hebt er zelfs geen WiFi. Lees vorige zin nog maar eens, er bestaan inderdaad nog zo’n plekken. Onthaasten in een fantastisch decor is de boodschap. En dat hebben we ook gedaan. We lieten ons zelfs verleiden tot een avondvullende lezing over Captain John Hance, The Greatest Liar, en de eerste non-Native American resident van de Grand Canyon. Donkere tijden. Lekker om de Fuji X-Pro2 eens de limieten te laten opzoeken.

Het bruggetje? “White man came across the sea/He brought us pain and misery… We fought him hard, we fought him well/Out on the plains, we gave him hell.”

Ugh!

Tjerri

USA road trip – Torrey – Capitol Reef NP – Moab (2) …

In Moab verbleven we 2 dagen. Deels om effe uit te rusten (die filmopnamen van die cowboy film kruipen in de kleren mijnheer!) en deels omdat er domweg veel valt te beleven. Moab is leuk om er een avondje rond te dolen, winkeltje in en – u raadt het al – winkeltje uit. Weegt wel op je budget als je in je spoor drie vrouwen lopen hebt. Of liep ik er achter aan? Nu ja, het resultaat blijft hetzelfde. Je kan er gaan racen op de Colorado rivier in aangepaste speedboten, paardrijden op èchte filmlocaties en Arches National Park is een must om te gaan bezoeken. Nadat ik mijn kunstheup terug in de kom had geduwd na een dagje paardrijden stond nu een bezoek aan Arches NP op het menu. Een bezoekje aan het het bezoekerscentrum kan ik iedereen warm aanbevelen. Je komt er te weten hoe het landschap zich heeft kunnen vormen en het gratis plannetje dat je krijgt helpt je in geen tijd op weg naar klassiekers zoals ‘Balanced Rock’, ‘Double Arch’ of ‘Three Gossips’. Let wel op: in het park stijgt het kwik makkelijk tot boven de 40°C en in de winter sneeuwt het er. Voor ieder wat wils dus. Wij kozen voor de 40°C trip. Mijn nieuwe cowboyhoed kwam goed van pas …

Het bruggetje? Een goed pintje kan er altijd in na een vermoeiende dag …

See ya cowboy!

Tjerri

USA road trip – Torrey – Capitol Reef NP – Moab (1) …

Deze cowboy was al heel vroeg uit de veren en uit zijn huifkar. Een platte band moest worden hersteld nietwaar. Twee bandencentrales verder en 60 km bij op de teller gooide ik de handdoek. Blijkbaar was er een County Fair en liep iedereen storm voor de parade annex het jaarlijkse rodeo evenement. Terug naar af, kids en valiezen van de ene huifkar in de andere en hup, met zijn allen naar Capitol Reef NP. Centraal in dit natuurpark ligt Fruita, onooglijk klein Mormoons dorpje. Klinkt fruitig en is het ook. In de boomgaarden kan je naar hartelust een fruitje plukken en betalen aan de honesty kassa. En hebben jullie nog gewandeld na het hachelijke avontuur van de dag ervoor hoor ik jullie vragen. Natuurlijk! Geharde troopers dat we zijn schreeuwden onze benen om een nieuwe trail te belopen. Het werd de Hickman Bridge trail waar we, eenmaal aangekomen, op een koppel Vlamingen botsten met een bloedneus tot gevolg. Zoiets verzin je niet.

Na de benentram te hebben genomen moesten we alweer het hete asfalt op, bestemming Moab. Makkelijk zat, gewoon de Fremont rivier volgen vanaf Hickman Bridge en na 60 km links af richting US Hwy 50. Gooi er nog zo’n 170 km achteraan en je komt aan in Moab, de toegangspoort van Arches National Park en gelegen in de schaduw van Castle Valley, waar menig cowboyfilm werd – euh – verfilmd.

En omdat ik sneller foto’s schiet dan mijn schaduw …

Het bruggetje? Toen we onze paarden de sporen gaven en in galop verdwenen in een rode stofwolk, weerklonk deze muziek …

Hi Ho Silver!

Tjerri

USA road trip – Escalante – Grand Staircase-Escalante NP – Torrey …

Another day, another story … Maar maar dan met het voorvoegsel ‘his’.

Escalante heeft volgens vriend en vijand, maar vooral volgens de toeristische dienst, veel te bieden. Het is te zeggen, als je van wandelen en natuurschoon houdt. Bier-, wijn- en andere alcoholische-drank-liefhebbers hebben het iets lastiger maar een kniesoor en bovenal veel Mormonen die daar op letten. Tig prentjes op toeristische sites, Trotter en andere gidsen hadden me ondertussen overtuigd om een bezoekje aan één van de locale attracties te brengen. Peek-a-Boo Gulch, Spooky Gulch of Hole-in-the-Rock, sprongen er uit en het leek me een goed idee om vooraf de locale helden uit te vragen. De dame aan de receptie duwde me wat brochures en een kaart in de handen en zei me dat het bezoek aan boven genoemde trails geen optie was gezien de weersvoorspelling. Ze hing apocalyptische beelden op van wegspoelende mensen, gillende kinderen en uiteengereten, onherkenbare lijken. Mrs. C. keek me aan alsof ze model had gestaan voor Edvard Munch en ik zag de geplande uitstap – opgelet, flauwe grap – in het water vallen.

Enter Mad Max the Mormon, aka 3M, directeur van de afspanning waar we de nacht doorbrachten en een man met een missie. Kent de buurt op zijn verweerde duim en is een, op een innemende manier, wandelend toeristenbureau. Hij overtuigde me dat het niet ging regenen langsheen de Hole in the Rock Trail, toch niet voor de komende uren, en dat het zonde zou zijn om geen kijkje te gaan nemen. Gezien ons tijdsbestek en interesses zou Peek-a-Boo of Spooky Gulch een haalbare kaart zijn en geheid een once-in-a-lifetime experience. Een geblinddoekte blinde in het donker zou zelfs de weg er naartoe vinden als hij maar met een 4 x 4 reed. Een blik op onze geliefde huifkar kon aldus op goedkeurend geknik rekenen. Er waren volgens de brave borst twee parkings bij de genoemde trails, eentje dichtbij en eentje ietsiepietsie verderop. Enig verschil: bij regen geraakte je niet meer van de eerste af en ja, misschien was het ook nogal wat een heftige toegangsweg. Ook te noteren, een aanzienlijk deel van de aanlooproute was enkel een soort van verharde weg, in de locale volksmond ‘a dirtroad’. Wij dus pleite …

Het ‘aanzienlijk deel’ bleek 50 km lang te zijn en we besloten wijselijk enkel de Peek-a-Boo of Spooky Gulch te verkennen. Parking 2 reed ik voorbij en begon langzaam aan de toegangsweg naar Parking 1. Zenuwslopend omdat ik vreesde de karterblokbescherming stuk te rijden. Toen ik uitstapte om te zien hoeveel speling ik nog had kon ik er amper een vloeitje tussen steken. Terug naar P2 dus. Verloren lopen kon volgens 3M toch niet en we vatten vol goede moed de tocht aan. Na 1,5 uur te hebben rondgedwaald bij 40°C in de woestijn zonder schaduw stonden we compleet gedehydrateerd terug aan de wagen. Geen ruk gezien buiten veel zand, rotsen en een verbaasde woestijnhaas. Onze kurkdroge mond viel open toen er een doodgewone wagen aan kwam rijden die overduidelijk van P1 kwam. Bleek dat er een alternatieve weg naartoe ging, rond rots- en andere uitstekels. Met het laatste beetje moed, wegens compleet uitgeput en zonneslag, reden we naar P1, anderhalve kilometer verderop. Volgens een paar aanwezigen aldaar was het dan gewoon rechtdoor naar beneden, niet aarzelen, wandeling in het park. Na nog eens 3 uur, bij een moordende temperatuur en vochtigheid, dringt dan het besef door dat die parken daar groot zijn. Héél groot …

Soit, we zijn nu gehard, tot slot van rekening zijn we Belgian Troopers en we hebben iets uniek gezien.

De terugweg was, hoe kan ik het voorzichtig stellen, interessant. Maak zelf een zin met: wolkbreuk, auto tot aan het dak vol modder, beperkt zicht, ondergelopen weg en modderstromen. Oh ja, ik reed ook nog lek. Waarom ook niet. Ideale plaats, ideaal weertje en het is altijd comfortabel werken aan een volgepropte wagen die je niet kent en waar je geen handleiding van kan vinden. Eenmaal zo’n wiel verwisseld moet je slechts een dikke 100 km rijden op een thuiskomertje en dit aan een – weliswaar beperkte -lichtsnelheid. Eenmaal ter bestemming kan je lekker languit gaan in een huifkar. Een echte deze keer. Sommigen waren tot tranen toe bewogen.

Het bruggetje? Geen twijfel mogelijk. In the dessert you can remember your name.

Braai, braai, koeievlaai …

Tjerri